NBN-EN 1005-2 bespreekt het manueel tillen van machines, onderdelen of producten, die meer dan 3 kg wegen en minder dan 2 meter gedragen worden. Toch tracht men bij het ontwerpen van machines in de eerste plaats zoveel mogelijk het tillen te vermijden of technische hulpmiddelen te voorzien. Om het risico “tillen” te evalueren wordt de NIOSH methode voorgesteld.
Stap 1: Bepaal referentiegewicht
Voor arbeidssituaties geldt 25 kg als maximum gewicht dat manueel getild mag worden in optimale omstandigheden. Deze referentie kan nog aangepast worden voor thuisgebruik of specifieke groepen:
Thuisgebruik | 5 kg | Kinderen en ouderen |
10 kg | Algemene populatie | |
Arbeidssituatie | 15 kg | Werkpopulatie met jongeren en ouderen |
25 kg | Volwassen werkpopuatie | |
>25 kg | Specifieke groepen |
Stap 2: Risicoanalyse
De voorgestelde methodes zijn gebaseerd op de NIOSH methode. Voorwaarden om deze te kunnen toepassen zijn:
* Tillen met twee handen
* Uitgangshouding kan vrij gekozen worden
* Tillen door één persoon
* Tillen met een gelijkmatige snelheid
* Goede greep tussen de handen en de last
* Goede grip tussen de voeten en de vloer
* Andere manuele handelingen zijn minimaal
* Objecten zijn niet koud, warm of vuil
In methode 1 zijn een aantal kritieke situaties voorgerekend, die niet overschreden mogen worden. Wanneer de last over minder dan 25 cm hoogteverschil wordt verplaatst, met een rechte rug, de last dicht tegen het lichaam en minder dan 1 keer per 5 minuten, dan mag het te tillen gewicht niet groter zijn dan 70% van het referentiegewicht.
In methode 2 wordt de klassieke NIOSH methode voorgesteld, weliswaar met het gekozen referentiegewicht. Het maximaal aanbevolen gewicht dat getild mag worden (RWL) wordt berekend op basis van verschillende risicofactoren:
RWL = 25 kg x Vf x Hf x Df x Af x Cf x Ff
* Vf: Verticale afstand tussen de last en de voeten (max. 175 cm)
* Hf: Horizontale afstand tussen de last en de voeten (max. 63 cm)
* Df: Verticale verplaatsingsafstand (min. 25 cm)
* Af: Rotatie in de rug (max. 135°)
* Cf: Contact tussen de last en de handen
* Ff: Frequentie of aantal keer tillen per minuut en de werkduur
Methode 3 wordt gebruikt wanneer de last met één hand getild wordt, met twee personen of er nog andere tilhandelingen gebeuren. Er worden dan drie extra risicofactoren toegevoegd:
RWL = 25 kg x Vf x Hf x Df x Af x Cf x Ff x Of x Pf x Tf |
* Of: Tillen met één hand: factor 0,6
* Pf: Tillen met twee personen: factor 0,85
* Tf: Bijkomende taken: factor 0,8
Stap 3: Interpretatie Lift Index
De risicograad wordt aangeduid met de Lift Index. Dit is de verhouding tussen het reële gewicht dat getild moet worden en het maximum aanbevolen gewicht dat men berekend heeft (RWL). Deze laatste limiet mag niet overschreden worden. De interpretatie gebeurt zelfs nog strenger. Er worden reeds aanpassingen wanneer er meer dan 85% van de berekende grenswaarde getild moet worden.
Lift Index = Actuele gewicht / RWL:
< 0,85 | Aanvaardbaar risico |
0,85 – 1 | Verhoogd risico, dus herontwerpen of aanpassen |
> 1 | Herontwerp noodzakelijk |