Trappen bestaan uit een optrede (hoogte) en aantrede (diepte). Deze bepalen bepalen hoe gemakkelijk iemand een trap op en af kan. Een trapleuning zorgt voor veiligheid en comfort. De eisen voor een trap thuis (Bouwbesluit NL), in een openbare ruimte (toegankelijkheid BE) of op het werk (ISO14122) zijn telkens net iets verschillend.
Optrede trap
De hoogte die overbrugd dient te worden door een trap is steeds een veelvoud van de optrede. Alle optreden dienen immers even hoog te zijn. Hierbij gelden wel enkele maxima:
- privaat huis: max. 18,8cm (nieuw) en 22cm (bestaand)
- publiek gebouw: max. 18 cm
- machine: max. 19,5cm
Een trap voor een openbaar gebouw moet lichter lopen dan in een woning. Publieke trappen worden immers door meerdere mensen tegelijk gebruikt. Dit creëert een zekere tijdsdruk, minder mogelijkheden om te steunen en men is er niet vertrouwd mee. Trappen in huis daarentegen kent men na verloop van tijd als zijn broekzak. De optrede mag daarom iets hoger zijn of de trap steiler. Rekening met het ouder worden van de bevolking geldt voor nieuwe woningen toch een strenge limiet.
Aantrede trap
De keuze van de optrede bepaalt grotendeels mee de aantrede. Een klassieke trapformule die men vaak gebruikt, is namelijk: 2 x optrede + aantrede = 63 cm. Met een optrede van 18cm heeft men dus een aantrede van 27cm nodig. 63 – (2*18) = 27.
De grootte van de aantrede het grootste effect heeft op ongevallen met trappen. Daarom gelden hiervoor ook enkele minima:
- privaat: min. 22 cm
- openbaar: min. 27cm
- machine: 21 cm
Deze minimummaten ondersteunen nog steeds niet de volledige voet. Daarom is het raadzaam om deze maten te verruimen. De gemiddelde voetlengte is in België bijvoorbeeld 25cm. Dit kost natuurlijk ook meer ruimte. Voor een publieke trap blijkt een optrede van 17cm en aantrede van 29cm het minst vermoeiend te zijn.
Trapformule
De trapformule bepaalt de verhouding tussen de aantrede en optrede van een trap. Twee keer de optrede + de aantrede is dan gelijk aan 63cm. Dit is gebaseerd op de gemiddelde lengte van een stap waardoor een trap natuurlijk loopt. Toch zijn er variaties op de trapformule te vinden, waarbij 63cm toch een goed gemiddelde blijkt. De kleine verschillen hebben immers een grote impact voor toegankelijkheid. Door de marge te verruimen tot 57cm, wordt de trap echter juist minder toegankelijk (kleinere aantrede).
- Aantrede + 2 * optrede = 63cm
- Aantrede + 2 * optrede = 57 – 63cm (Toegankelijkheid)
- Aantrede + 2 * optrede = 60 – 66cm (EN ISO14122-3)
Andere afmetingen trappen
De breedte van een trap thuis is minstens 80cm. Voor publieke trappen geldt een minimum van 100cm. In een openbare ruimte zullen mensen elkaar meer kruisen. Daarom is 120cm optimaal en dat is dan gemeten van trapleuning tot trapleuning. Voor machines volgt men dezelfde logica. Enkel beperkt gebruik, minder dan 30 dagen per jaar en minder dan 2u per dag, mag de trap minder breed zijn.
De vrije hoogte boven een trap vermijdt dat mensen zich moeten bukken of hun hoofd stoten. Vanaf de voorkant van de trede moet in verticale richting steeds een minimale vrije ruimte van 2m30 zijn.
Trap thuis Bouwbesluit NL | Openbare trap Toegankelijkheid | Trap machine EN ISO14122 | |
---|---|---|---|
TREDEN | |||
Niveauverschil | max. 4m | max. 12 treden | max. 4m |
Optrede | max. 18,8cm | max. 18cm | max. 19,5cm |
Aantrede | min. 22cm | min. 23cm | 21 – 31cm |
Trapformule | 57 – 63cm | 60 – 66cm | |
Breedte trap | min. 80cm | min. 100cm opt. 120cm | min. 80cm min. 60cm (<30d/jaar) min. 1m (2 richtingen) |
Vrije hoogte | min. 2m30 | min. 2m30 | min. 2m30 |
min. 2m10 | min. 1m90 | ||
Helling | max. 40° | max. 38° | max. 41° |
LEUNING | |||
Aantal | min. 1 | min. 2 | min. 2 |
Hoogte | 80 – 100cm | 90cm | 90 – 100cm |
Bijleuning | – | 65cm (kind) | 50cm afstand (knie) |
Vorm | rond, ovaal | diameter 2,5-5cm | |
Ruimte tot muur | 5 – 6cm | min. 7,5cm | |
Tussenafstand spijlen | max. 10cm | max. 11cm | 5 – 12cm |
Trapleuning
Een goede hoogte voor de trapleuning is 90 tot 100cm. Dit is gemeten vanaf een trede tot de bovenkant van de leuning. Ten opzichte van de muur laat men een vrije ruimte van minstens 5cm. Zo is er genoeg plaats voor de handen. Voor kleine kinderen zijn spijlen raadzaam. Deze tussenafstand is maximum 10cm zodat ze er niet met hun hoofd door kunnen.
Een tweede leuning is in openbare ruimtes interessant voor kinderen. Op een hoogte van 65cm kunnen ook zijn de trapleuning gebruiken. Aan een machine is veiligheid het aandachtspunt. Een tweede baar op 50cm van de leuning en 50cm van de voetplaat moet voorkomen dat men tussen de trap kan vallen.
Toegankelijkheid van trappen
Wanneer bovenstaande richtlijnen gerespecteerd worden, zal de trap voor de meeste mensen toegankelijk zijn. Toch komen er ook nog andere aspecten bij kijken:
TRAP:
- Rechte trappen: steektrap, geen draaitrap
- Bordes: na 12 treden, 1m20 diep en met kleurcontrast
- Kleurcontrast: eerste en laatste trede van trap en voor bordes
- Voelbare markering: op 50 cm bovenste trede
- Hellend vlak als alternatief
TREDE:
- Slipvrij: antislip op trapneus en in andere kleur
- Gesloten tredes
- Geen overhangende tredes (trapneus)
- Afschuining max. 3-4cm over trede (welding)
LEUNING:
- Lengte: loopt nog 40cm door op begin/einde voor slechtzienden
- Hoogte: 90cm met een tweede leuning op 65cm hoogte
- Breedte: minimaal 1m, optimaal 1m20
- Andere kleur voor zichtbaarheid
* Bronnen:
Bouwbesluit NL – Toegankelijkheid BE – EN ISO 14122
* Maten:
hoogte keuken – fietsmaat – bh maat – trappen – maat kinderfiets – afmetingen bed – schoenmaat – werkhoogte – kledingmaten – touchscreen – kijkafstand TV